Eg???

Peuters, je hebt ze in alle soorten en maten. En ik weet dat, want ik zie ze,  naast mijn  eigen kleuters, elke dag. Elke ochtend delen de kleuters en de peuters het schoolplein en fietst, rent, klimt, graaft en snottert het grut lekker door elkaar. Soms gaat het fout en wordt er een rond rennend peutertje door een voetballende kleuter onder de voet gelopen, maar meestal gaat het goed.

Soorten en maten

Bovendien zie ik op woensdag de peuters ook nog eens in mijn klas, waar ze als extraatje meespelen met de kleuters. Ik zie ze , zoals ik al zei, in alle soorten en maten. Van vroeg zindelijk tot  net baby-af, zal ik maar zeggen. Het is dat die twee beentjes ze kunnen dragen, maar het ziet er nog zo pril uit, dat je al gauw denkt, had die nog lekker bij mama thuis gelaten voor een half jaartje.

Wanneer een kindje twee jaar is mag het naar de peuterzaal, de voorschool zoals dat tegenwoordig zo mooi heet. Er zijn pukkies bij die er volgens hun ouders al zo erg aan toe zijn en het na vijf huildagen eindelijk opgeven en acclimatiseren. En er zijn stoere peuters die vol zelfvertrouwen binnen stappen, dit twee weken volhouden en dan een dip krijgen en bij het afscheid nemen het weer even moeilijk hebben.

Bij ons op school en op de voorschool zitten veel anderstalige kinderen, die misschien in hun moedertaal een aardig mondje wegbrabbelen, maar gewoon nog hun mond houden in het Nederlands. Buiten dat er op de voorschool eerder een traantje vloeit ( uit verdriet of onvermogen) dan in de kleuterklas is er nog zo'n wezenlijk verschil: het is er gewoon zoveel rustiger.

Ja okee, ze zijn vaak met de helft van het aantal kleuters, maar het valt direct op als je binnen stapt. Heerlijk! Ze zeggen amper wat en bovendien is het geluid nog zo piep dat je daar echt geen suizende oren van krijgt.

 

Kleuters daarentegen kletsen er de hele dag lustig op los, en dat mag, wat zeg ik: het moet! Goed voor hun taalontwikkeling en goed voor hun sociale ontwikkeling. Maar het lijkt af en toe net een kippenhok met al dat gekakel door elkaar heen, en dan is daar de juf die de volumeknop iets lager moet zetten zodat we niet boven arbo-decibellen uitkomen. 

 

Let op!!!

 Papa en mama van Max moeten dit komende stukje maar even overslaan, want ik wil Max'ouders geen schuldcomplex aanschrijven. Scrollen dus!

Nog verder!

In januari gaat er voor Max iets veranderen in zijn pas tweejarig leventje. Hij gaat niet naar de voorschool, maar naar de kinderopvang. En dat houdt in dat hij daar de hele dag zal zijn. Niet twee uurtjes zoals op de voorschool, met je mama als back-up  die op komt draven als je het echt NIET leuk meer vindt. Hij mag wel eerst  proefspelen, maar ja, dat houdt niet in zoals bij een nieuwe baan, dat je kan zeggen, ik vind het niks. Nee, het hele plan ligt vast en gaat sowieso door. Er is geen ontsnappingsclausule, geen back-up. De enige ontsnapping is een ziekte te veinzen, want op zieke kinderen zijn ze niet zo happig bij de creche.

 

Okee, het kan weer

Maar waarschijnlijk zal er geen vuiltje aan de lucht zijn. Max stapt onbevangen op iedere vreemde af en sluit die meteen in zijn hart, wat omgekeerd dan helemaal gebeurt, want hij is een allerschattigst allemansvriendje. En kleine vriendjes vindt hij helemaal geweldig en die zijn er in overvloed op de creche. Dat het groepje waar Max in geplaatst wordt nog rustig zal zijn met zijn komst betwijfel ik. Niet dat hij de boel op stelten zal zetten, maar hij kletst je wel de oren van je hoofd, sinds hij ontdekt heeft dat hij kan praten. 

Ik zie hem twee keer per week en ik verbaas me  er over hoeveel woorden hij er elke dag bij verzamelt. En nee, ik ben niet de trotse oma, die het niet zuiver ziet, ik ben de juf die vergelijkt, weliswaar met allochtone peutertjes, maar toch. Heb je weleens een peuter van net twee het over een baco horen hebben? ( Nee, niet de bacardi-cola, grapjas, het stuk gereedschap natuurlijk!)  Of over een shovel? ( Ik zie het verschil niet eens met de andere graafmachines) Of over de sneeuwschuiver? De cabine van een vrachtwagen? De wieldoppen? Het is elke dag weer dat ik me verwonder over hoe snel hij nieuwe woordjes onthoudt. "Het Grote Voertuigenboek" is hier natuurlijk ook debet aan, want daar raakt hij niet op uitgekeken. Heel soms moet mama nog wel eens vertalen wat hij zegt. Oma,  ik dus: " Wat zie je allemaal, Max?"   Max: " Eg ". Oma naar mama: "Wat zegt hij?" En dan krijg je het al, want er ontgaat hem ook nog eens niks, en hij roept mij toe:  "EG!!"  Ik werp een niet begrijpende blik naar mama die doodleuk zegt ,"Hij zegt het toch, een eg".  Okee, deze stadse oma heeft ook weer wat geleerd. 

Veel succes straks, dames van de kinderopvang!